De cateringsector is zwaar getroffen door de coronacrisis. Samen met andere sectoren in de foodketen wordt gekeken naar de consequenties voor de bedrijven en trekt de branchorganisatie samen op waar het kan en nodig is. Voorzitter Kees van der Waaij van Veneca werd geïnterviewd door Foodclicks: “Goed om te weten waar iedereen mee bezig is en het wordt hoog tijd voor aanvullende maatregelen. Daarom hebben wij speciaal voor de cateraars nu al gevraagd om een extra steunpakket van 100 miljoen euro.”
Van der Waaij vindt de keuze tussen een intelligente lockdown zoals we die in Nederland kennen en wat meer ruimte bieden best moeilijk. Prioriteit geven aan de gezondheidszorg is absoluut nummer één, vindt hij, maar er moet ook een balans zijn met de economische schade.
Het feit dat in het Outbreak Team, dat het kabinet adviseert over de te nemen coronamaatregelen geen ondernemers of economen zitten, verbaast hem: “Ik hoor toch ook geluiden voor het gedeeltelijk vrijgeven van beperkende maatregelen en laten we eerlijk zijn, de klappen zijn heel zwaar in sommige sectoren.”
Hard getroffen
Dat het land ongekend hard wordt getroffen staat buiten kijf. “Binnen de catering zie ik zomaar 40% van de omzet verdwijnen door de coronacrisis. Op een omzetbedrag van iets boven de 1 miljard euro in contractcatering gaat het dan om zo’n 500 miljoen euro. Mensen moeten thuis werken. Universiteiten en scholen zijn dicht, vliegtuigen blijven aan de grond en evenementen liggen plat. Voor een deel worden de bedrijven geholpen door de maatregelen, maar de huidige voorzieningen zijn natuurlijk volstrekt onvoldoende.”
Toch is hij niet ontevreden over de maatregelen die het kabinet heeft genomen: “De maatregelen kwamen snel en ook in de snelheid van uitvoeren is het kabinet de afspraken nagekomen. Sommige verwachtingen pakken alleen lager uit, zoals bijvoorbeeld bij de loonsomgarantie dat 90 procent zou worden vergoed. Uiteindelijk komt dat bij de meeste bedrijven neer op tussen de zestig en vijfenzeventig procent. Reken daarbij dan nog het doorlopen van alle vaste kosten en de pijn is duidelijk.” Maar ondanks die kritiek, oogsten de maatregelen ook waardering. “Het is toch knap wat er in korte tijd is neergezet, maar nu moeten we naar fase 2.”
Eenzijdige beëindigingen
Kritiek heeft Van der Waaij wel op het nakomen van de gemaakte afspraken tussen opdrachtgevers en cateraars. In die samenwerking zijn er afspraken gemaakt over de dienstverlening in vol bedrijf. Als dat in één keer minder wordt door de coronamaatregelen, dan kun je dat niet eenzijdig afwentelen op de cateraar, vindt Van der Waaij. Ook niet als overheidspartij. “Vandaar dat we hebben aangedrongen dat commerciële afspraken met onze contractpartijen worden nagekomen. Een aantal van die partijen heeft eenzijdig opgezegd of afgeschaald door de lockdown. Je verwacht het niet dat dat gebeurt, maar het gebeurt wel. Ook door overheidsinstellingen. Dat is ook de reden geweest waarom wij een brief hebben gestuurd naar de VNG, de koepelorganisatie van alle gemeenten, omdat wij vinden dat afspraken niet eenzijdig kunt veranderen of stoppen. Op z’n minst ga je over die zaken om de tafel zitten.”
Fase hierna
De situatie vraagt om een aanvullend pakket maatregelen. “Wat er nu ligt is voor de eerste drie maanden, maar er moet nu een tweede trance komen na het NOW-pakket 1. Want we zijn er nog niet. De anderhalvemetersamenleving en invulling binnen de kantoren en scholen zal nog heel wat vragen. Een anderhalve metereconomie is niet rendabel en om die periode door te komen is steun nodig. Wij zijn ondersteunend dus zullen dat doen wat onze opdrachtgevers op de locatie verlangen. Maar we zullen ook naar onze businessmodellen moeten gaan kijken, want die gaan drastisch veranderen door alle maatregelen. We moeten straks op een verantwoorde manier alles weer opstarten.”
Perspectief
Daarbij denkt Van der Waaij niet alleen aan allerlei praktische zaken maar ook aan het bieden van perspectief aan de ongeveer 12.000 mensen die in de sector werken. ”Eén ding is duidelijk, de komende tijd is het van belang dat we zorgen dat we er samen weer bovenop komen en dat we niet alleen een basis leggen voor herstel, maar ook voor een financieel gezonde toekomst. Wij bieden in ieder geval onze expertise aan om na te denken over de randvoorwaarden daarvoor.”